Tijdens de tweede wedstrijd in de competitie van ‘de Wolden Cup’ was Egbert Schep, eigenaar van ‘Stal Schep uit Tull en ’t Waal, gast-jurylid. Samen met Mense Toering beoordeelde hij op 11 juni in Staphorst de verrichtingen van de vier- en vijfjarige paarden op springaanleg en rijdbaarheid.

De twee rubrieken telden samen 104 inschrijvingen. Was het jureren een flinke klus? “Nee hoor”, antwoordt Egbert Schep nuchter, “dat was routinewerk”. Schep is tevreden over de kwaliteit van de paarden die hij in Staphorst in de ring zag verschijnen. “Er zaten heel interessante paarden tussen met duidelijk aanleg als springpaard”, zegt hij. Volgens de paardenman uit Tull en ’t Waal werden de jonge paarden door de ruiters en amazones netjes voorgesteld. Hij is ook lovend over het werk van de parcoursbouwer: ” Het was een fair parcours, de paarden hadden goede mogelijkheden om er overheen te springen”. Het parcours moet volgens Schep in deze competitie ‘gemakkelijk te doen zijn’. “Daar ga je niet een te grote moeilijkheidsgraad inbouwen”, zegt hij.

De voorspellende waarde van de beoordeling in deze competitie acht Schep groot. Kan een paard de dat bijvoorbeeld de wissels nog niet beheerst zich tijdens zijn opleiding dan niet sterk verbeteren? Schep: “Zeker, maar er zijn paarden die het vanzelf doen. Dat is beslist een pluspunt en dat wordt in deze competitie beloond”.

Tijdens het beoordelen van de jonge paarden bleken de beide juryleden op één lijn te zitten. Discussies waren er niet tussen Schep en Toering. Schep zegt hierover: ” Als je met vakmensen keurt dan heb je vaak wel dezelfde mening”. Schep verwacht geen grote veranderingen meer in het klassement. “De ranking van de eerste 15 zal niet veel afwijken van de vierde wedstrijd”, zegt hij.

‘De Wolden Cup’ noemt Schep een heel goed initiatief. “Je zet de jonge paarden op een rijtje en haalt de talenten eruit”, zegt hij. Voor fokkers en handelaren is dat interessant: “De ranking zegt iets over de aanleg en dus ook over de waarde. De beste tien zijn gemakkelijk te verkopen”, aldus Schep.

Ook als Schep de vergelijking maakt met andere regionale competities die hij heeft gezien, is hij tevreden: “Ik vond hier de kwaliteit beslist goed”.

Tekst: Amanda Velt